Buddycafé: Lachen voor de hersenen

Het is de eerste week van april. De week begint met een “losse veter”. Ik trap er nog in ook. We lachen erom. Het is ook de eerste week van het jaar waarin je voelt dat het lente is. De klok is vooruit, de dag duurt langer en ik herinner me weer dat de lucht nog meer tinten heeft dan grijs of donkergrijs. De terrassen zitten vol en de eerste korte broeken zien het daglicht.
Tegelijkertijd is het een week waarin ik twijfel of het nieuws niet per ongeluk bij De Speld vandaan komt. Ondenkbare zinnen worden krantenkoppen. Discriminatie wordt beleid. Buiten schijnt de zon, maar in de politieke wind moet je een dikke jas aan. Dat is al maanden zo, maar misschien valt het nog net iets meer op nu het lente is.
Groningen trekt zich er verder niet veel van aan. Langs een lange rij bij de ijskraam fiets ik naar het buddy café. Een maandelijkse avond bij buddy to buddy. Het principe is vrij simpel: gratis koffie & thee, spelletjes en gesprekken. Open voor iedereen die graag een ander ontmoet. We organiseren het deze keer in de Globe, het restaurant bij Humanitas Groningen.
Ontzettend vriendelijk worden we ontvangen door het personeel. We mogen het toetje van de week proeven. We krijgen een korte toelichting van de bediening: “Twee stukjes ananas en een aardbei op een satéprikker met witte chocolade. Ik vond dat een gekke combinatie. Maar het is echt lekker. Proeft als de zomer!” Deze introductie maakt het nu al een lekker toetje.
Al snel komen de eerste mensen voor het buddy café. We weten van ongeveer 7 mensen dat ze komen, dus we bereiden ons voor op een rustige, gezellige avond. Maar al snel stroomt de globe vol. Ruim 80 kopjes koffie verspreiden zich door de ruimte. Er wordt gepraat, geschaakt en plannen gemaakt. Ik speel een ‘vier-op-een-rij toernooi’ met 3 andere mensen. Best of five en dan winnaars tegen winnaars. De kinderverpleegster tegen de advocaat. De ICT’er tegen de theatermaker. Geboren in Oekraïne, Syrië, Afghanistan en Nederland. Als ik de finale verlies door een hele domme fout, lachen we hard.
Heel hard blijkbaar, want Jamshid vraagt: “Renske, hoe vaak heb jij lachen geoefend?” Ik moet even nadenken over die vraag. Ik kan me niet herinneren dat ik dat ooit geoefend heb. “Ik lach wel eens. Maar nooit met geluid. Nooit zomaar. Dat oefen ik soms.” Ik denk even na over die woorden. Farid vult aan: “Dat is heel goed. Want lachen is gezond voor de hersenen.” Gevolgd door een bulderende lach van Farid. Daar moet ik ook weer om lachen. Jamshid ook, alhoewel zonder geluid.
Vrolijk ga ik die avond weer naar huis. De volgende ochtend word ik wakker met een appje van Farid: “Goedemorgen met hard lachen en gezond leven.” Ja. Wat een goede morgen na zo’n avond. Wellicht moeten we eens wat ministers uitnodigen bij het buddy café. Niet alleen om zich eens te verdiepen in de verhalen achter de cijfers. Maar ook om gewoon weer eens hard te lachen. Schijnt nog goed te zijn voor de hersenen ook…
Door Renske van Oosterhout